Reageer
4

Mignot & De Block

De zevenhonderd sigarenmakers van Senator kijken in 1908 hun ogen uit. Voor het eerst in hun leven zien ze olifanten, giraffen, leeuwen en de zee! Ze hebben een bedrijfsuitje van sigarenfabriek Mignot & De Block uit Eindhoven dat het 50-jarig jubileum viert. Een dagje met de trein naar Artis en dan per koets naar Zandvoort aan zee met het voltallige personeel.

Mignot & De Block

Een welgesteld begin

Adolf Mignot en Anthony de Block ontmoeten elkaar op kostschool in Eindhoven. Allebei komen ze uit zeer welgestelde nesten. Adolf Mignot heeft Franse voorouders en groeit op aan de Amerikaanse oostkust in een huishouden met slaven. Anthony de Block is al op jonge leeftijd wees en erft later 80.000 gulden.

Met familie in Eindhoven besluit Adolf in 1854 te emigreren en aan het werk te gaan in een van de oudste sigarenfabrieken van Eindhoven, de firma Van Lierop & Zoon. Hier leert hij het vak van sigaren maken. Samen met Anthony richt hij - met een startkapitaal van 20.000 gulden -  een vennootschap op ‘tot het drijven van handel in-, en het fabriceren van Tabak, Cigaren, Carotten, Snuif en wat daartoe behoort’. In 1858 laten ze in de Kanaalstraat, vlakbij de haven van het Eindhovens kanaal, een sigarenfabriek bouwen. Daar lossen de schepen de, vooral Amerikaanse, tabak aangevoerd vanuit Rotterdam.

Reus in de 'rookstad'

Ze beginnen met 25 sigarenmakers, maar het aantal werknemers groeit snel. Mignot is belast met de bedrijfsvoering, De Block met de handelsrelaties. Wanneer Anthony met de zus van Adolf trouwt zijn ze ook nog eens familie.

Eindhoven is in die tijd ‘la ville fumée’ en telt meer dan 25 sigarenfabrieken, die jaarlijks zo’n 50 miljoen sigaren produceren. Bij Mignot & De Block gaan de zaken zo voorspoedig dat uitbreiding na uitbreiding volgt en ze al snel de grootste sigarenfabriek van Eindhoven zijn. Ze richten vestigingen in naburige dorpen op waar de lonen laag zijn: Meerveldhoven (1900), Gestel (1903), Sint-Oedenrode (1908) en Valkenswaard (1909). Het grootste deel van de productie exporteren ze naar Nederlands-Indië, Brits-Indië, Zuid-Amerika, Zuid-Afrika en naar Europese landen. In 1921 staat de teller op 1000 werknemers.

Niet alleen de Senator komt uit de sigarenfabriek van Mignot & De Block. Het assortiment is groot en de prijzen variëren van zo’n 2 tot 15 cent per stuk. Om er een paar te noemen: Mundi Victor, Senoritas, Gladiator, General Lee, Jan Breydel en La Corona de Espana, Matador en Regal.

Tegeltableau

Tegeltableau van de fabriek van Mignot & De Block. (Foto: Wikimedia Commons)

'Maandaghouden'

Zoals in de hele tabaksindustrie gebruikelijk, maken de sigarenmakers lange dagen. Op de vrije zondag komt na de kerkgang de drank op tafel, ‘de vierkante pot’, zoals de jeneverfles dan wordt genoemd. Met een kater op maandag komt van werken niet veel terecht. Vandaar dat de sigarenmakers ‘maandaghouden’, waarop ze hun roes uitslapen en de nadorst lessen. De sigarenfabrikanten zien het met lede ogen aan maar kunnen er weinig aan doen; zij betalen de sigarenmakers immers per sigaar en meestal niet per uur.

Misschien is dit ‘maandaghouden’ een van de redenen waarom bij Mignot & De Block eind negentiende eeuw al zoveel vrouwen werken. Meisjes en zelfs gehuwde vrouwen, ondanks de vele bezwaren van de katholieke geestelijken. In de zalen van de fabriek hangt een goede sfeer, sigaren maken en praten gaat immers prima samen. In de namiddag bidden de ze het rozenhoedje bij de zaalaltaartjes. De directie staat op goede voet met de mensen op de werkvloer. Naast een ziekenfonds hebben ze ook al vroeg een fabrieksfonds voor werknemers die korte of langere tijd niet kunnen werken. Het prettige werkklimaat zorgt ervoor dat veel sigarenmakers jarenlang in dienst blijven. Hun trouw beloont Mignot & De Block met een gulle financiële gift als ze 25, 40 of 50 jaar in dienst zijn.

Verschuivingen in de productie

Vanaf 1906 berust leiding bij de opeenvolgend generaties van familie Mignot. Onder de naam Crescent Compagnie gaan ze vanaf 1911 naast sigaren ook sigaretten produceren. Aanvankelijk met verlies, maar enkele jaren later met zoveel succes dat het de verliezen in de sigarenbranche opvangt.

Na de Eerste Wereldoorlog importeren ze hun tabak uit Nederlands-Indië. Op Java openen ze een sigarenfabriek en sturen ze er enkele sigarenmakers heen om de Javanen het vak te leren. Niet alle Javanen komen hiervoor in aanmerking. In samenspraak met de missionarissen nemen ze alleen bekeerde katholieke Javanen aan.

Regal, een van de merknamen van Mignot & De Block. (Foto: Wikimedia Commons)

Regal, een van de merknamen van Mignot & De Block. (Foto: Wikimedia Commons)

Tot in jaren twintig is de productie in de hele sigarenindustrie voornamelijk handwerk, er is immers voldoende goedkoop personeel voorhanden. Mignot & De Block is wat dat betreft een voorloper, ze zijn er al vroeg bij met de mechanisatie. Al in 1863 kopen ze een machine voor het maken van het binnenwerk van sigaren (bosjes of wikkels). Later ontwikkelen ze zelf wikkel-, oprol-, opdek-, bosjes- en compleetmachines voor eigen gebruik.

Doorverkoop

De fabriek in Eindhoven komt zonder ernstige schade de Tweede Wereldoorlog door. Omdat er geen tabak van overzee meer wordt aangevoerd gaan ze inlandse tabakken verwerken uit onder andere het Land van Maas en Waal. Sigaren raken uit de mode en de sigaretten zijn in opkomst. Mignot & De Block introduceert het Mascotte vloeitje, zodat de consument zelf zijn eigen sigaret kan draaien. De productie van machines groeit uit tot een zelfstandig bedrijf met de naam Patent Machine Bouw (PMB).

Tot in jaren '60 blijven ze met de merken Senator en Regal toonaangevend. In 1969 neemt sigarettengigant Philip Morris de sigaren- en sigarettenfabrieken van Mignot & De Block over. Zij verkopen de sigarendivisie door aan Hofnar in Valkenswaard. Na het vertrek van Philip Morris uit Eindhoven in 1982 valt het enorme fabriekscomplex ten prooi aan de sloopt.

Reacties

Irfan zei op 3 April 2022 om 09:20

Great article, i like it very much.

BHIC Mariët zei op 4 April 2022 om 13:46

Thanks for your friendly reaction Irfan.

Kobus Landy zei op 6 April 2023 om 17:56

Ek het n sigaarboksie met die naam, Senator sigarenfabrieken, Eindhoven.....
Stel belang hoe oud sal die boksie wees

BHIC Hilde zei op 7 April 2023 om 15:42

Mooi om te horen dat je van deze fabriek nog een sigarendoos hebt!

Jammer genoeg is het erg lastig om vast te stellen hoe oud de doos is- het bedrijf heeft natuurlijk ontzettend lang bestaan. Je zou de sigarendoos eens aan een verzamelaar of sigarenkenner kunnen laten zien. Misschien dat zij aan de hand van de tekeningen op de doos wel nog kunnen vaststellen uit welk jaar het komt.

Succes!

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.