Reageer
2

Suiker Unie

Na de afschaffing van de slavernij in Nederlands-Indië (1860) en Suriname (1863) komt de suikerbiet als alternatief definitief in beeld. De prijzen van suikerriet stijgen immers de pan uit nu het gedaan is met de ‘gratis’ arbeid van de slaven. De vruchtbare kleibodem in West-Brabant blijkt uitermate geschikt voor de teelt van suikerbieten.

Geschikte grond in West-Brabant

Vervaardiging van bietsuiker is tot halverwege de negentiende eeuw onrendabel door de import van goedkope rietsuiker uit de koloniën. Na 1880 is de suikerbiet voortaan de belangrijkste suikerbron. De bietsuikerteelt concentreert zich in Nederland voornamelijk in West-Brabant, ook wel ‘de Suikerhoek’ genoemd. Mede door de geografische ligging, de vruchtbare zeekleigrond, de lage lonen en de nabijheid van veel zoet water (nodig tijdens het productieproces). Hier vind je uitgestrekte akkers, kilometers lang, vol met suikerbieten. Met middenin het teeltgebied de suikerfabrieken. Want de bieten moeten na het rooien zo snel mogelijk verwerkt worden.  

De Suikerhoek telt in die tijd meer dan 20 suikerfabrieken. De fabrikanten maken onderling afspraken over de prijs die ze voor de bieten betalen. De telers zijn het niet eens met die lage prijs en gaan zich verenigen in coöperaties. In 1899 richten 173 akkerbouwers in Zeeuws-Vlaanderen de Eerste Nederlandsche Coöperatie Beetwortelsuikerfabriek op te Sas van Gent. De Brabantse bietentelers volgen enkele jaren later. Zij richten coöperaties op in Dinteloord, Zevenbergen, Roosendaal en Bergen op Zoom. De particuliere suikerfabrieken die overblijven fuseren in 1919 tot de Centrale Suiker Maatschappij (CSM).

Fuserende coöperaties

De Coöperatieve Beetwortelsuikerfabriek Roosendaal koopt de particuliere suikerfabriek van ‘De Ram & Co’ in Roosendaal voor 875.000 gulden. Tijdens de zogenaamde bietencampagne in de herfst leveren de akkerbouwers uit de omgeving grote hoeveelheden bieten aan. Het wassen, spoelen, snijden, persen, filteren en koken van de suikerbieten gebeurt in de fabriek. Ze moderniseren en breiden de ‘boerenfabriek’ – zoals de fabrieken van coöperaties dan ook wel genoemd worden – uit. De coöperatie betaalt de leden een veel betere prijs voor de suikerbieten.

Na de oorlog, in 1947,  fuseren drie Brabantse coöperaties en gaan ze verder als de Verenigde Coöperatieve Suikerfabrieken (VCS). Tijdens de bietencampagne is er werk voor zo’n 700 mensen.
In 1966 volgt een nieuwe fusie met de overige nog zelfstandige coöperatieve suikerproducenten in Nederland (Puttershoek, Sas van Gent, Groningen, Bergen op Zoom) tot de Coöperatieve Vereniging Suiker Unie. In 1970 komt de definitieve structuur van Suiker Unie tot stand. De oorspronkelijke coöperaties verdwijnen en de leden daarvan worden rechtstreeks lid van Suiker Unie.

Een impressie van Suiker Unie Dinteloord in 2016 (BarDo Media. Bron: Youtube)

Onder Royal Cosun

De suikerfabrieken worden steeds efficiënter waardoor vele sluitingen en overnames volgen. Omdat de suikermarkt zelf verzadigd is zoeken ze nieuwe producten om te verkopen. Die vinden ze in zaaizaden, conserven en specerijen.

In 1996 krijgt de coöperatie de naam Cosun. In 1999 bestaat de onderneming honderd jaar en wordt de naam Royal Cosun. Deze omvat alle groepen activiteiten op het gebied van voeding en voedingsingrediënten. Suiker Unie is er daar een van met de suiker.

In 2007 neemt de Suiker Unie de CSM (Centrale Suiker Maatschappij) over. En met de overname van Danisco Sugar GmbH (2008) staan ze nu in de top vijf van de Europese bietsuikerproducenten.

Suiker Unie telt tegenwoordig ca. 750 medewerkers. Naast het ontwikkelen, produceren en verkopen van suiker en suikerspecialiteiten worden alle onderdelen van de suikerbiet verwerkt tot producten voor o.a. voeding, energie en biobased producten. Twee suikerfabrieken zijn er nu nog over, in Dinteloord en Vierverlaten (Groningen).

Suiker Unie

Reacties

B> Filtenborg zei op 7 augustus 2022 om 16:01

Hoe verging het de S.U. in d oorlog. Hielpen zij het verzet en/of de onderduikers ?

BHIC Mariët zei op 8 augustus 2022 om 14:29

Beste Mevrouw/Mijnheer Filtenborg, dat is niet onderzocht door ons. Wij beheren wel de archieven van de Suikerunie en dus vóór 1947 ook van de 3 voorgangers. De inventaris daarvan kun je hier vinden: https://proxy.archieven.nl/235/1EB204B110A9469B9B2894321F2F988B

Ik zie niet echt stukken daaruit springen welke antwoord zouden kunnen geven op je vraag, het is natuurlijk ook nog eens zo dat de kans dat er geschreven bronnen hierover zijn best klein is. Misschien dat de heemkundekring van Dinteloord en Prinsenland je daarmee verder zou kunnen helpen:

http://www.heemkundekringdesteenenkamer.nl/

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.